Vele mensen denken in hokjes. Grote
hokjes, hokjes met nuances, kleine hokjes of ze denken buiten de hokjes. Kiezen mensen voor denken binnen het
hokje omdat dit veilig is en lijkt? En de mensen die kiezen om buiten de hokjes te denken? Hoe meer buiten de lijntjes van het hokje, hoe risicovoller! Wat de reden ook is, we horen dat te doen
waarbij we ons lekker voelen.
Maar hoe zit dat met labelen? Is het zo dat hoe
meer we in hokjes denken, hoe meer we labelen? Labelen zorgt wel voor orde. Dat is zeker waar. We labelen mensen tegenwoordig steeds meer. Is dit wel goed? Kunnen we mensen wel labelen?
Als we ervan uitgaan dat iedereen
uniek is, een eigen persoonlijkheid bezit, slaan we tegenwoordig met het labelen van mensen niet een beetje door? ‘Zo, jongen ADHD, dit moet je zo doen…’, zo
meneer Kanker, gaat het goed?’. Die jongen heet Brian en die meneer Kees.
Allebei unieke personen. Toevallig hebben ze de pech een aandoening te hebben.
Moeten we ze er steeds maar aan
herinneren dat ze een beperking of ziekte hebben? Horen we ze niet met respect te benaderen
rekening houdend met hun beperkingen die bij deze ziekte of aandoening horen?
Helaas praat ik uit ervaring. Mensen zien een raar gezicht. Vaak kan ik de gedachten bijna van hun gezicht lezen. ‘Zo die is zeker gek..’ Nou, toedelidokie. Vergeet het maar. Die rare blikken en opmerkingen kunnen een enorme impact hebben. Gelukkig geloof ik in God. Hij geeft mij kracht. Ook ben ik gezegend met een sterk karakter. Dat scheelt een boel.
Helaas praat ik uit ervaring. Mensen zien een raar gezicht. Vaak kan ik de gedachten bijna van hun gezicht lezen. ‘Zo die is zeker gek..’ Nou, toedelidokie. Vergeet het maar. Die rare blikken en opmerkingen kunnen een enorme impact hebben. Gelukkig geloof ik in God. Hij geeft mij kracht. Ook ben ik gezegend met een sterk karakter. Dat scheelt een boel.
Wat als dit niet het geval is?
Behandel mensen, hoe ze er ook uitzien, wat ze ook hebben, als mens en niet als patiënt. Denk buiten het hokje. Mensen kunnen we niet labelen.
Wees lief voor elkaar.
Liefs,
Nelleke